Begin 2021 kwam Liberas in het bezit van een geschilderd portret van Jan Van Rijswijck (1853-1906), liberaal volksvertegenwoordiger en burgemeester van Antwerpen. Het twee meter hoge doek hing wellicht ooit te pronken in een statig Antwerps herenhuis. Zowel doek als kader zijn beschadigd, maar met het oog op een eventuele restauratie werd alvast een eerste expertise uitgevoerd.
Jan Van Rijswijck
Het schilderij is van de hand van Edward Van Rijswijck (1871-1931), een neef van de geportretteerde. Hij was een schilder uit de romantische school die vooral bekend is omwille van zijn stillevens met bloemen. Ook op dit doek staan mooie bloemen afgebeeld, en verder ook torentjes en handjes, een duidelijke verwijzing naar de stad Antwerpen. Jan Van Rijswijck was burgemeester van de Scheldestad van 1892 tot aan zijn dood in 1906. Tijdens zijn ambtstermijn organiseerde de stad de wereldtentoonstelling van 1894 en werd het huidige stationsgebouw Antwerpen-Centraal ingehuldigd. Antwerpen herdenkt hem nu nog met de bekende Jan Van Rijswijcklaan en een standbeeld aan het MAS. De gebeeldhouwde burgemeester kijkt er uit op de haven die onder zijn bewind sterk werd uitgebreid.
Jan Van Rijswijck was een zeer populaire burgemeester. Zijn begrafenis op 27 september 1906 groeide uit tot een massabijeenkomst in de Antwerpse binnenstad. Liberas bezit een mooie postkaartencollectie hiervan, en verwierf in 2019 ook briefwisseling van zijn kinderen Jan jr., Elsa en Adolphina.
Expertise
Het schilderij werd in zekere zin “gered” door Liberas, want het stond in een koude en vochtige garage, en de pleisteren omlijsting was – deels omwille van het vocht – volop aan het afbrokkelen. Het schilderij zelf is gelukkig niet beschimmeld, maar het doek is wel op een aantal plaatsen beschadigd en gescheurd.
Een schilderijenrestaurateur maakte een eerste bilan op. Blijkbaar werd het doek al eens eerder gerestaureerd. Aan de achterzijde zit een waslaag. De expert dacht eerst aan een zogenaamde wasbedoeking, een extra doek dat aan de achterkant ter versteviging met was werd aangebracht. Maar dat blijkt niet het geval, wat doet vermoeden dat de was er gewoon met een handborstel is opgesmeerd. Deze primitieve restauratie gebeurde reeds decennia geleden, met de toen voorhanden zijnde middelen, en met de beste bedoelingen. Maar de aangebrachte was drong doorheen het doek tot in de oorspronkelijke verf, wat restaureren nu extra moeilijk maakt.
Restaureren of niet?
De toestand van dit schilderij roept een aantal vragen op omtrent de restauratie van geschilderd erfgoed. Eerst en vooral moet het belang en de uniciteit van het kunstwerk grondig nagegaan worden. Op het schilderij staat een belangrijk politicus. Het doek heeft dus een zekere geschiedkundige waarde voor de stad Antwerpen en ook voor het liberalisme, dat lijdt geen twijfel. Maar is de kunsthistorische waarde even groot? Bestaan er nog andere geschilderde portretten van Jan Van Rijswijck? En hoe belangrijk is zijn neef Edward Van Rijswijck als kunstschilder? Enkel kunsthistorici kunnen hier met kennis van zaken oordelen.
Een tweede probleem – waarover ook in kunsthistorische middens de meningen verdeeld zijn – is of doek en kader onafscheidelijk met elkaar verbonden moeten blijven. Toegegeven, de fraaie negentiende-eeuwse omlijsting geeft aan het kunstwerk een zekere grandeur. Maar het pleisterwerk is dermate beschadigd dat zelfs de expert voorstelde om dit niet meer te herstellen. Anderzijds verliest het doek zonder kader wellicht veel van zijn oorspronkelijke charme.
Uiteindelijk dient vooral het kostenplaatje bekeken te worden. Ongetwijfeld zal een grondige restauratie duizenden euro’s kosten. Is dit verantwoord voor een schilderij dat in het depot zal verdwijnen of misschien een enkele keer op een tentoonstelling zal te zien zijn? Anderzijds kan het in zijn huidige staat wellicht nooit op een expositie getoond worden. Anders gezegd, wat voor zin heeft een professionele bewaring zonder een degelijke restauratie? Vragen waarop Liberas de komende maanden verder een antwoord wil zoeken.