Op 26 mei 2019 overleed op 92-jarige leeftijd barones Antoinette Pecher. Zij was lid van de Raad van Bestuur van Liberas/Liberaal Archief, maar voor deze instelling minstens even belangrijk als archiefvormer en schenker. Haar eigen archief bevat onder meer stukken met betrekking tot verkiezingscampagnes en een interessante medaillecollectie. Toch is vooral het archief van haar vader Jean Pecher (1894-1973) belangrijk. Het bevat zijn oorlogsbrieven uit 1914-1918 en zijn zelfgemaakte foto’s van de eerste oorlogsweken en de loopgravenoorlog. Het is een vaak geraadpleegde bron door vorsers, geïnteresseerd in de Eerste Wereldoorlog. In samenwerking met de Koninklijke Commissie voor Geschiedenis (KCG) werden de brieven door Liberas/Liberaal Archief gepubliceerd onder de titel Un mitrailleur à l’Yser. La correspondance de guerre de Jean Pecher 1914-1918. De foto’s inspireerden Liberas/Liberaal Archief in 2012 tot de tentoonstelling Met een Kodak aan het IJzerfront. De oorlogsfoto’s van Jean Pecher.
Familie
Antoinette Pecher was een telg uit een welgestelde familie uit Antwerpen die onder meer actief was in de internationale koffiehandel, de advocatuur en de politiek. Haar betovergrootvader Charles Pecher (1797-1873) was een van de stichters van de Liberale Partij in de Scheldestad. De bekendste telg, Edouard Pecher (1885-1926), was een achterneef van vader Jean. Hij werd minister van Koloniën en was de stichter van de Landsbond der Liberale Mutualiteiten. Jean Pecher huwde met Elisabeth Elsen (1905-1992). Dochter Antoinette werd op 16 mei 1927, als tweede van drie kinderen, geboren.
Carrière
Als self made woman situeerde haar carrière zich in de journalistiek en de public relations. Ze was persattaché bij het staatssecretariaat voor Leefmilieu van 1974 tot 1978 (staatssecretaris Karel Poma) en verzorgde de communicatie en promotie voor de Partij voor Vrijheid en Vooruitgang (PVV) van 1978 tot 1981. Daarna (van 1981 tot 1985) ging ze hetzelfde doen voor Willy De Clercq, toen Vicepremier en minister van Financiën en Buitenlandse Handel in de Regering-Martens V. Van 1985 tot 1988 was ze directeur van Inbel.
Lokale politiek
In 1977 kwam ze in de gemeenteraad van Antwerpen. Een jaar later werd ze ondervoorzitter van de PVV-arrondissement Antwerpen. Ze bleef Antwerps gemeenteraadslid tot 2000, maar ook daarna bleef ze politiek actief voor Open Vld in het district Berendrecht-Zandvliet-Lillo. In 2012 stond Antoinette Pecher ietwat verrassend op de stadslijst van Antwerps burgemeester Patrick Janssens. Ze werd toen niet verkozen. Enkele jaren later, in 2016, haalde ze uitgebreid het nieuws toen ze als bewoonster van Lillo (waar ze de ruilbibliotheek openhield) fel protesteerde tegen de duizenden bezoekers die in het pittoreske polderdorpje op Pokémons kwamen jagen. In 2018 was ze nogmaals kandidaat voor de gemeenteraad, dit maal opnieuw op de liberale lijst. Met haar 91 jaar was zij de oudste deelnemer aan de Antwerpse verkiezingen, maar opnieuw werd ze niet verkozen.
Vrouwen en senioren
Antoinette Pecher had vaak een uitgesproken mening die ze kranig en rechtlijnig verdedigde. Ze ijverde haar hele leven voor vrouwenrechten en –emancipatie, waarbij ze steeds de nadruk legde op een betere politieke vertegenwoordiging voor vrouwen. In 1982 werd ze ondervoorzitter van de nationale Vrouwenraad. Ze was ook voorzitter en bezielster van de vzw Vrouw en Vrijheid, en een van de stichtende leden van de Europese vrouwenlobby. In 1984 werd ze ondervoorzitter van de PVV Vrouwenvereniging. Toen ze ouder werd, vroeg ze ook meer aandacht voor de toenemende vergrijzing en ijverde ze voor meer senioren in de politiek. Naar eigen zeggen was dat de reden van haar blijvend politiek engagement.
Bezige bij
Daarnaast was Antoinette Pecher nog in heel wat andere verenigingen actief. In 1984 werd ze voorzitter van het Nationaal Instituut voor Oorlogsinvaliden, Oud-Strijders en Oorlogsslachtoffers (NIOO). Ze was ook voorzitter van het Koninklijk Verbond van Vaderlandsminnende Kringen in Antwerpen, bestuurder van het Monument National à la Résistance (MNR) te Luik, stichter en ondervoorzitter van de Hendrik Conscience Stichting, ondervoorzitter van de Antwerpse Film Stichting en lid van de International Association of Political Consultants. Op 90-jarige leeftijd startte ze nog een opleiding wijsbegeerte aan de Universiteit Antwerpen. Voor haar maatschappelijke inzet werd ze in 2005 in de adelstand verheven. Sindsdien mocht ze zich barones noemen.